CHAIN netwerk

Het “CHAIN netwerk” (CHildhood Acute Illness and Nutrition Network, The CHAIN Network) is een samenwerkingsverband tussen drie Afrikaanse en twee Aziatische onderzoeksgroepen. Het doel is te beschrijven wat de relatie is tussen ernstige ziekte bij verschillende vormen van ondervoeding; zowel matige ondervoeding als ernstige ondervoeding. Het is namelijk al bekend dat een slechtere voedingstoestand de mortaliteit vergroot; maar de exacte mechanismen niet (en daardoor mogelijke interventies en oplossingen). Wieger geeft leiding aan het Malawiaanse onderzoeksteam. Zie ook: www.chainnetwork.org

 

De promovenda van Wieger, Rosalie Bartels, is in december 2016 teruggekomen in Nederland. Roos heeft 3 jaar in Malawi gewoond en gaat in 2017 de laatste 2 hoofdstukken van haar proefschrift schrijven. Zij hoopt begin 2018 te promoveren aan de Universiteit van Amsterdam.

 

Nieuwe promovenda

Nieuwe plannen zijn in de maak voor een nieuwe promovenda; zij zal gaan kijken naar de overeenkomsten en verschillen tussen ondervoeding in de resource-poor setting (Malawi) versus een ‘resource-rich’ omgeving als Nederland. Dit is een erg stimulerende samenwerking tussen een collega Kinder-MDL arts uit het VuMC en Wieger. Met een techniek die de ‘Electronic Nose’ genoemd wordt, gaat aan ontlastingsmonsters geroken worden om te zien of kinderen met ernstige ondervoeding met gunstige behandelingsuitkomst verschillen van kinderen met een ongunstige afloop (dood). Wieger en Tim de Meij hopen dat dit in de komende jaren ‘bedside’ toegepast kan gaan worden. Deze eNose zou dan kinderen met een verhoogde kans op een ongunstig beloop kunnen ruiken en het medische team hierover waarschuwen.

 

Onderzoek in samenwerking met een lokaal team

Op het gebied van onderzoek heeft Wieger in de periode 2012-15 een lokaal team opgebouwd waarmee hij een viertal klinische (interventie) studies heeft gedaan.

 

Het onderzoek is na augustus 2015 doorgegaan en momenteel is hij “site PI” voor het CHAIN netwerk (www.chainnetwork.org) en stuurt hij 15 Malawiaanse junior onderzoekers aan waardoor capacity building ter plaatste verzekerd is.